Nl-Fr

De organisatie van de wachtdiensten

Belangrijke mededeling van de Academia Ophthalmologica Belgica

Sinds enige tijd wordt onze positie als eerstelijns-medici door  meerdere  disciplines bestreden, niet in het minst door de opticiens-optometristen die o.a. in Nederland en de U.K. al instaan voor de diagnose van de dringende gevallen en in overleg met de huisarts een behandeling of verwijzing kunnen verrichten.

In ons land zijn zowel de huisarts als de opticien-optometrist  vragende partij om ons naar de   tweede lijn te sturen.

De Academia Ophthalmologica is van oordeel dat wij voldoende in aantal zijn om de eerste lijn te verzekeren, zowel wat de acute als de minder acute problemen betreft. Wij kunnen echter niet ontkennen dat in sommige regio de dringende gevallen onvoldoende worden opgevangen en dat deze toestand niet zal verbeteren indien wij niet zelf reageren. 

Omdat steeds minder perifere oogartsen deelnemen aan de wachtdienst en de capaciteit van de universitaire diensten vermindert wegens het dalend aantal assistenten heeft de Academia, na goedkeuring van de Nationale Raad van de Orde van Geneesheren,  een project opgesteld om de behandeling  van de urgenties te kunnen blijven verzekeren.

De verschillende Provinciale Raden van de Orde van Geneesheren en de verschillende Provinciale Geneeskundige Commissies zullen aangesproken worden om ons te helpen bij het bepalen van de geografische zones, zones  waarin een enige wachtbeurt zal opgesteld worden waarbij alle oogartsen betrokken worden.

Het is vanzelfsprekend dat wachtdiensten die reeds op deze basis  functioneren, hun organisatie zullen behouden.

Hierbijgevoegd vindt U de tekst goedgekeurd door de Nationale Raad van de Orde.

Met collegiale groeten,

Voor de AOB
Prof. J.J. De Laey, Past President

top ^